Want, mijn Vader en mijn Moeder, die houden van elkaar en wij, de Kinderen, houden van hen en ’s avonds als mijn Vader thuis komt van zijn werk dan zet mijn Moeder ’em een bakkie leut zwart als roet en heel verschrikkelijk sterk mijn Vader drinkt zijn kopje op en zegt: dat smaakt fijn mijn Vader houdt meer van mijn Moeder dan van ons de Kinderen en dat doet ons, de Kinderen, wel eens pijn. |